Participatie bij bouwplannen en initiatieven

Bent u van plan om een schuur of carport te plaatsen, zonnepanelen te leggen of een serre te bouwen? Dit soort plannen noemen we initiatieven. En in veel gevallen heeft u een vergunning nodig. Om het vergunningstraject soepel te laten verlopen, is het slim om met uw buren te praten. Dit noemen we participatie. In deze folder vertellen we u hoe u dit het beste kunt aanpakken. Want met goede participatie heeft uw initiatief een grotere kans van slagen.

Participatie betekent dat u mensen die te maken krijgen met uw plan er al vroeg bij betrekt. Al voordat het plan echt vorm krijgt. Dit kunnen buren, bedrijven, organisaties of andere mensen zijn. Hoe u dit doet, hangt af van hoe groot het project is en wie er allemaal iets van gaat merken.

Waarom participatie?

Als u op tijd en voorzichtig de mensen om u heen erbij betrekt, zorgt u ervoor dat alle belangen, meningen, kennis en creativiteit worden besproken. Door samen bezwaren en goede ideeën te bespreken, wordt uw plan beter. Een goed en doordacht proces van participatie helpt om uw plan soepel uit te voeren, van idee tot uitvoering.

Het is goed om te weten dat het belangrijkste doel van participatie niet is om iedereen blij te maken. Het belangrijkste doel is om ervoor te zorgen dat alle belangen, meningen, kennis en creativiteit op tijd worden besproken. In een goed participatieproces krijgt iedereen de kans om mee te praten. Het is ook belangrijk dat duidelijk is welke ideeën worden overgenomen in het plan en welke niet. Beschrijf ook altijd waarom.

Veelgestelde vragen

Een initiatiefnemer, dat is diegene met een plan of idee, wordt aangemoedigd om aan participatie te doen. De gemeenteraad heeft in juni 2024 een lijst vastgesteld met activiteiten waarbij participatie altijd verplicht is bij de aanvraag van een omgevingsvergunning. Het gaat om de volgende buitenplanse omgevingsplanactiviteiten:

  • Ten behoeve van de nieuwbouw van één of meer woningen;
  • Ten behoeve van een herstructureringsproject van een woonwijk, waarbij verouderde sociale huurwoningen worden gesloopt en worden vervangen door nieuwe huur-/koopwoningen.
  • Ten behoeve van activiteiten met impact op beschermd gebouwd cultureel erfgoed. Met beschermd gebouwd cultureel erfgoed worden onder andere bedoeld: gemeentelijke monumenten, rijksmonumenten en als zodanig in het omgevingsplan aangemerkte karakteristieke panden.
  • Ten behoeve van de realisatie van maatschappelijke functies waaronder scholen, sportvelden, recreatieterreinen en begraafplaatsen.
  • Ten behoeve van de realisatie van horeca en winkelgebieden en hiermee gelijk te stellen functies. Ondergeschikte horeca valt hier niet onder.
  • Ten behoeve van de uitbreiding of functiewijziging van bedrijven buiten de bestaande door de provincie aangewezen bedrijventerreinen of bedrijfslocaties en/of wanneer sprake is van wijzigingen die leiden tot compensatieverplichtingen in het kader van de provinciale omgevingsverordening. Bijvoorbeeld als door de functiewijziging een hoge milieucategorie verdwijnt, of als daarmee een (potentieel) watergebonden bedrijventerrein komt te vervallen.
  • Ten behoeve van een activiteit niet passend binnen de door de gemeenteraad vastgestelde instrumenten in het kader van de Omgevingswet zoals de omgevingsvisie en (omgevings)programma’s, en voor een activiteit niet passend in overige door de gemeenteraad vastgestelde beleidsregels die betrekking hebben op een evenwichtige toedeling van functies aan locaties;

Buiten Bestaand Stads- en Dorpsgebied (BSD), dus buiten de kernen:

  • Wanneer sprake is van aanpassing, (alleen) in de volgende gevallen:
    • Wanneer drie of meer woningen op een perceel, of naast elkaar gelegen percelen, als cluster worden gebouwd; of;
    • het realiseren van windturbines met een as-hoogte hoger dan vijftien meter; of;
    • het plaatsen van grondgebonden zonnepanelen, buiten een bouwvlak, ongeacht de oppervlakte, behalve wanneer deze worden geplaatst buiten, en direct aangrenzend aan een agrarisch bouwvlak, voor zover de oppervlakte niet meer bedraagt dan 0,5 hectare;
  • Wanneer sprake is van transformatie. Bij transformatie gaat het om een verandering van een gebied van dusdanige aard en omvang dat een nieuw landschap of stedelijk gebied ontstaat, bijvoorbeeld bij uitbreiding van een woonwijk op een plek die nu agrarisch is, of de bouw van meerdere woningen in het lint waarbij in de huidige situatie niks staat.
  • Ten behoeve van activiteiten met impact op beschermd gebouwd cultureel erfgoed. Met beschermd gebouwd cultureel erfgoed worden onder andere bedoeld: gemeentelijke monumenten, rijksmonumenten en als zodanig in het omgevingsplan aangemerkte karakteristieke panden.

Algemeen

  • De verplichting tot participatie geldt niet wanneer de gemeenteraad in een eerder stadium heeft vastgelegd dat participatie bij een bepaalde buitenplanse omgevingsplanactiviteit niet verplicht is.
  • De gemeenteraad adviseert initiatiefnemers bij het opstellen van een participatieproces gebruik te maken van de handreiking participatie uit het participatiebeleid van de gemeente Krimpenerwaard.

Hoe u de participatie doet, moet passen bij hoeveel invloed uw idee heeft op de omgeving. Over het algemeen geldt: als uw plan groot en ingrijpend is, is het extra belangrijk om mensen erbij te betrekken.

Een snel stappenplan kan zijn: 

Stap 1: Wat is uw plan?

Beschrijf kort en duidelijk uw plan aan de hand van twee vragen: Op welke manier merkt uw omgeving iets van uw plan? Is het tijdelijk of blijvend?

Stap 2: Wie merkt er iets van uw plan?

Maak een lijst van mensen die iets merken van uw plan. Denk aan buren, ondernemers, instellingen, stichtingen, verenigingen (sport, natuur, historische- en buurtbelangen) of overheden. Noteer daarna hoe ze iets merken van uw plan. Denk aan mogelijke gevolgen, zoals geluids- of parkeeroverlast. Of het wegnemen van zon bij uw buren.

Stap 3: Hoe betrekt u mensen?

Betrekken van mensen is belangrijk. Informeer bij kleinere verbouwingen de buren op tijd. Nog
voordat u het plan met de gemeente bespreekt. Organiseer bij grotere projecten bijeenkomsten om input op te halen. Neem deze ideeën op in uw plan en schrijf op welke suggesties u overneemt. Overweeg een participatieadviseur in te schakelen bij projecten met aanzienlijke impact, of vraag de gemeente om vrijblijvend advies. Besteed extra aandacht aan het participatieverslag als onderdeel van uw vergunningsaanvraag.

Stap 4: Schrijf een verslag

Maak een verslag en verwerk verschillende onderdelen. Lever het verslag bij voorkeur digitaal in, bijvoorbeeld als Word- of pdf-bestand. Het participatieverslag dient als bewijs dat er daadwerkelijk is geparticipeerd en dat de feedback is verwerkt in het definitieve plan. Zorg ervoor dat het verslag compleet is.

  • Vertel wie u hebt betrokken bij uw plan
  • Leg uit op welke manier deze mensen iets merken van uw plan
  • Beschrijf op welke manier u deze mensen hebt betrokken
  • Schets wat mensen vonden van uw vorige plan
  • Vertel wat u hebt gedaan met hun opmerkingen om tot het definitieve plan te komen
  • Geef aan hoe u deze mensen tijdens de vergunningsaanvraag blijft informeren

Bij een klein project mag het verslag kort zijn. Bij een groot project wil de gemeente meer details, afhankelijk van hoe groot het is. In elk geval wil de gemeente alle bezwaren weten, zodat de gemeente weet wat belangrijk is voor de buurt.

CriteriumOmschrijving
InitiatiefKorte overzicht van het plan, wie het leidt, invloed op de omgeving, of het tijdelijk of permanent is.
ParticipantenWie leidde het participatieproces? Was er hulp van de gemeente nodig? Hoe zijn deelnemers benaderd en betrokken?
Doel van de participatieWat was het doel van participatie. En op welke manier is dat behaald?
InvloedWelke mate van zeggenschap hadden deelnemers? Mochten ze meedenken, meedoen of meebeslissen?
TransparantieHoe zijn de deelnemers betrokken en geïnformeerd? Via e-mails, platforms, deur-aan-deur of Whatsapp?
TimingWanneer zijn de deelnemers betrokken en waarom op dat moment in het proces?
Toegang tot de informatieHadden de deelnemers alle benodigde informatie en middelen? Heeft u vooraf alle kennis gedeeld?
KadersWelke kaders en regels waren er? Hoe zijn deze gecommuniceerd met de deelnemers? Zie ook 'Invloed'.
TerugkoppelingWat is er met de input van deelnemers gedaan? Hoe en wanneer zijn de resultaten teruggekoppeld?
EvaluatieIs er een evaluatie geweest met de deelnemers, tussentijds of achteraf, voor eventuele aanpassingen?
VervolgHoe gaat het proces verder? Wat zijn de vervolgstappen? Wordt de omgeving hier ook bij betrokken? Minimaal: informeren.